Day 58 – The urge of pleasing and manipulation – Part 1 – Realization

full_the-reptilians-interdimensional-technology-of-deception-and-manipulation-part-1-part-158Recently, during a chat with my DIP buddy, I had a realization related to the fact I sometimes rush when feel the other has to wait for an answer. This realization opened a huge point that I see is a kind of red line going through my life and I feel it is now time to dig into this point and find out where it comes from.

Ever since I had my last chat I am experiencing resistance related to going on with my assignment. When looking closer at this point I see it is related to a mix of feelings and emotions on their turn related to what we discussed in the chat. My buddy used an example to explain how I should proceed in order to get my self-corrective statements right. The point she used was manipulation. Instead of seeing this as an example I reacted on the manipulation word and felt kind of attacked.

So, why did I react so strongly on the word manipulation?

I immediately realized I connected the word manipulation with the topic of the blog post I was writing within my assignment with the title “Fear for Money”. What happened? I connected the manipulation example with the context of having had little money and having been limited as a living being by this point (lack of money) in my daily life.

The result of my mind making this connection with the word manipulation and my assignment was that I experienced this as if my buddy was actually blaming me to have had manipulating behavior while being in the situation of having little or no money. This directly started feeding my construct of seeing myself as a victim during that period of time, or better until today, because I clearly am not ready with this point.

So, this is a massive, multi-dimensional point. I am going to work this through in the next series of posts in order to reveal all layers until I cleared every issue. The first step will be to identify all the dimensions involved, the relations to other points and issues and then through self-forgiving and self-corrective-statements end participating in all the points I unveiled.

Dag 56 – Toch gestopt!

artikel_88145Dit is een vervolg op de post van Dag 55.

Het is inmiddels een week later en in de tussentijd is er weer iets voorgevallen op hetzelfde stukje fietspad. Terwijl ik iets voor de prullenbak die een aantal dagen ervoor had staan roken drie van de vier jongens, die ik als verdacht had bestempeld inhaalde, zag ik een stuk verderop een fietser op het fietspad liggen.

Eenmaal ter plekke aarzelde ik geen seconde om het meisje dat wat beteuterd op het fietspad zat naast haar fiets te vragen of het wel ging. Twee vriendinnen stonden te kijken en een van hen kwam in actie, pakte de fiets op de probeerde het stuur goed te zetten. Niet veel later zat het meisje op haar fiets en vroeg aan haar vriendin om het stuur recht te zetten. Omdat het niet lukte hielp ik een handje. Nadat het er op leek dat ze weer kon gaan fietsen ging ik weer op pad.

Het was mij opgevallen dat de drie jongens die ik daarvoor was gepasseerd geen aanstalten hadden gedaan om even te stoppen. Terwijl ik verder fietste ging ik van alles speculeren. De jongens hadden gezien hoe ik hen waarnam een aantal dagen eerder en waren zeker niet van plan om te stoppen bij iemand die hen in verband zou kunnen brengen met de smeulende prullenbak.

Ik begon ook te kijken naar de situatie die zich zojuist had afgespeeld in de context van onze huidige maatschappij. In mijn beleving was het vroeger vanzelfsprekend dat je elkaar als mens helpt als er zich iets voordoet. Tegenwoordig lijkt het wel alsof iedereen bang is om in te grijpen omdat je betrokken zou kunnen raken in situaties die je niet zou wensen.

Ik heb heel snel ook een overweging gemaakt over hoe ik ging assisteren. Ik heb besloten om in eerste instantie de situatie aan te kijken en adviezen te geven in tegenstelling tot het overeind helpen van het meisje, het in orde maken van de fiets, zeg maar wat je in de personage van een (Super) Hero zou doen. Daarbij speelde ook de overweging dat het misschien bedreigend is als een onbekende man je zomaar helpt terwijl je zelf niet helemaal doorhebt wat er allemaal aan de hand is.

Omdat het meisje iets zei tegen haar vriendinnen als verklaring voor haar van in de trend van “mijn voet kwam in het voorwiel vast te zitten” begon mijn geest met een reeks gedachten, eigenlijk speculaties; zou ze niet ontbeten hebben, heeft ze last van inentingen die ze heeft gehad zoals HPV? Ik had het haar kunnen vragen maar dat had in die situatie wellicht erg vreemd geweest. En dan nog? Ik had haar bewust kunnen maken van eventuele oorzaken van haar val, maar om dat met een persoon aan te gaan die je zittend op een fietspad aantreft is wellicht wat vergezocht.

39 van 2555 – Auto of openbaar vervoer? (vervolg)

AutokostenIn mijn vorige blog heb ik geschreven over het proces achter een keuze die ik gemaakt heb waarbij ik op basis van ‘dimensies’ zelfvergeving heb uitgewerkt. De volgende stap is om op basis van die zelfvergevingen de daarbij behorende realisaties vast te leggen en daaraan verbintenissen te koppelen die ervoor zorgen dat ik die punten die ik heb gerealiseerd daadwerkelijk onderkend worden en uit de weg worden geruimd.

Angst dimensie

Waneer en als ik mijzelf zie terwijl ik angsten aan het verzamelen ben dan stop ik en haal ik adem.
Ik realiseer en zie dat ik participeer in de geest en hier kan kiezen om hiermee door te gaan of deze angsten te toetsen aan de werkelijkheid om zo vast te kunnen stellen of het om gegronde angsten gaat.
Ik stop met het verzamelen van angsten en haal diep adem.

Ik ga met mijzelf de verbintenis aan om te onderzoeken waarop de angsten zijn gebaseerd om zo de oorzaak van de angsten te achterhalen en te doorgronden waarmee ik tegelijkertijd diezelfde angsten kan omzetten in een waarneming van de werkelijke feiten waarover ik in het moment mijn verantwoordelijkheid neem.

Gedachten dimensie

Waneer en als ik mijzelf zie terwijl ik beelden en gedachten aan het vormen ben over allerhande situaties die ik niet goed kan inschatten, dan stop ik en haal ik adem.
Ik realiseer en zie dat ik participeer in de geest en hier kan kiezen om hiermee door te gaan of deze beelden en gedachten te toetsen aan de werkelijkheid om zo vast te stellen of het om fantasieën of functionele projectie om mij voor te bereiden op volgende te nemen stappen.
Ik stop met het vormen van beelden en gedachten en haal diep adem.

Ik ga met mijzelf de verbintenis aan om te onderzoeken waarop ik die beelden en gedachten baseer om deze te kunnen stoppen en ruimte te maken voor een praktische waarneming van de werkelijke situatie en zonodig een functionele en feitelijke projectie ter voorbereiding op de te nemen stappen.

Verbeeldingsdimensie:

Waneer en als ik mijzelf zie terwijl ik in mijn verbeelding al allerlei scenario’s aan het beleven ben dan stop ik en haal ik adem.
Ik realiseer en zie dat ik participeer in de geest en hier kan kiezen om hiermee door te gaan of deze virtuele beleving stop te zetten waarbij ik vaststel dat wat ik in de geest beleef niet hetzelfde is/kan zijn als de werkelijke wereld.
Ik stop met het mijzelf te projecteren in allerlei scenario’s en haal diep adem.

Ik ga met mijzelf de verbintenis aan om bij het in de geest beleven van allerlei scenario’s deze te toetsen aan het hier en nu om zo vast te stellen dat deze belevenissen niet overeenkomen met de werkelijkheid en zodoende deze activiteit te stoppen om zo ruimte te maken voor rust en stabiliteit in de geest.

Back chat dimensie:

Waneer en als ik mijzelf zie terwijl ik in mijn gedachten commentaar/kritiek op organisaties/instanties heb die een rol spelen in het proces wat ik moet doorlopen om een bepaald doel te bereiken dan stop ik en haal ik adem.
Ik realiseer en zie dat ik participeer in de geest en hier kan kiezen om hiermee door te gaan of deze commentaren/kritiek gebaseerd is op feiten of op gevoelens en emoties.
Ik stop met het genereren van commentaren/kritiek op basis van emoties en gevoelens en haal diep adem.

Ik ga met mijzelf de verbintenis aan om bij het hebben van commentaren/kritiek op organisaties/instanties die ik nodig heb om bepaalde processen te doorlopen of om bepaalde zaken voor elkaar te krijgen deze commentaren/kritiek te analyseren om vast te stellen of zij op werkelijke feiten zijn gebaseerd.

Reactiedimensie:

Waneer en als ik mijzelf zie terwijl ik reacties heb op zaken waar ik tegenop zie dan stop ik en haal ik adem.
Ik realiseer en zie dat ik participeer in de geest en hier kan kiezen om hiermee door te gaan of de reacties te stoppen door na te gaan of de reacties zijn gebaseerd op gevoelens en emoties of op feiten in het moment.
Ik stop met het hebben van reacties en haal diep adem.

Ik ga met mijzelf de verbintenis aan om bij het hebben van reacties meteen te achterhalen waar deze reacties op gebaseerd zijn om zo de reactie te stoppen en mijzelf te focussen op dat wat op dat moment de juiste actie is in het belang van het proces waar ik in zit/mee bezig ben.

Fysiek gedragsdimensie:

Waneer en als ik mijzelf zie terwijl ik mijzelf zwaar en lusteloos voel worden als reactie op het niet willen doorlopen van noodzakelijke stappen en procedures om een bepaald doel te bereiken dan stop ik en haal ik adem.
Ik realiseer en zie dat ik participeer in de geest en hier kan kiezen om hiermee door te gaan of de gevoelens van lusteloosheid te stoppen om zo de weg vrij te maken om de nodige stappen effectief te kunnen doorlopen.
Ik stop met deze gevoelens van lusteloosheid en haal diep adem.

Ik ga met mijzelf de verbintenis aan om bij het voelen van lusteloosheid meteen te achterhalen wat hiervan de oorzaak is en deze te stoppen en mijzelf effectief te focussen op het effectief nemen van de benodigde stappen naar het beoogde doel/resultaat.

30 van 2555 – Terug naar de bron – Meer willen weten

Desteniart-SecretMindAl een tijdje ben ik een patroon aan het observeren bij mijzelf. Het gaat om de drang om nieuwsfeiten, weer en verkeer te volgen. Die behoefte om nieuws op te zoeken is sterker als er ook een aanleiding voor is. Dat kan een bepaalde gebeurtenis zijn, extreem weer, problemen op de weg en op het spoor. Eigenlijk maakt het niet zoveel uit wat voor informatie het is, het is gewoon behoefte aan afleiding.

Ik zie dat ook bij een aantal van mijn collega’s. Met een zekere regelmaat kijken ze op een nieuwspagina op internet en meden ze als er een bijzonder nieuwsitem is. Op zich is er niets mis mee om de sleur van je bezigheden even te doorbreken. Het is dan wel interessant om te achterhalen wat nou je startpunt is als je je activiteit onderbreekt voor het bezoeken van een nieuwspagina. Andere collega’s die gaan een sigaretje roken of halen even koffie.

Ik kan alleen maar naar mijzelf kijken als het gaat om het achterhalen van mijn startpunt. Op mijn werk gun ik mij meestal niet de tijd om mijn werk te onderbreken om op zoek te gaan naar nieuwsfeiten. Tijdens mijn lunch zoek ik soms doelgericht naar wat nieuws of andere zaken die ik even wil uitzoeken. Thuis echter heb ik het vaker. Ik kan mij er zelfs in verliezen. Ik ga dan van alles en nog wat nalezen en bekijken. En hier zie ik twee dingen. Eén is het onderbreken of uitstellen van een bepaalde activiteit die ik zou moeten oppakken, de ander is het steeds verder zoeken naar nieuws over een bepaald feit, alsof ik een onverzadigbare honger heb om alle facetten belicht te zien of omdat ik geen genoegen neem met de informatie die ik vind en meer wil weten. En terwijl ik dit schrijf zie ik dat het geen twee dingen zijn maar één en dezelfde. Ik ga iets doen, meer of minder fanatiek, om maar niet dat te hoeven doen wat ik eigenlijk zou moeten doen. Dat moeten is overigens iets wat ik mijzelf opleg als gevolg van doelen die ik mij gesteld heb met betrekking tot mijn persoonlijke ontwikkeling, zoals het schrijven van deze blog bijvoorbeeld.

Maar waar ligt de oorsprong van dit gedrag? Waarom ga ik juist op zoek naar nieuwsfeiten en niet naar films, muziek of andere zaken? Als ik terug kijk dan zie ik wel een patroon. Ik ben altijd graag op de hoogte van wat er om mij heen gebeurt. In een auto, bus, trein of boot weet ik altijd erg graag wat mijn snelheid is, mijn verwachte reistijd, het weer bij aankomst enz. Ook met het voorbereiden van een reis kan ik zaken tot in detail uitzoeken, inclusief verwachte drukte op de weg, het weer onderweg, de hoeveelheid brandstof die ik ga gebruiken, de kosten van de reis. Om het verder te trekken heb ik het altijd leuk gevonden om op bijvoorbeeld schoolreisjes altijd diegene te zijn die weet waar we heen moeten, uitgerust met kaarten en beschrijvingen. Dit gedrag leidde ook tot het organiseren van een aantal reünies en ik kon als student mijn ei best wel kwijt in het rondleiden van Italiaanse toeristen in Nederland.

Als ik het samenvat zie ik dat ik graag goed ben voorbereid als ik dingen onderneem in de fysieke wereld. Ik probeer zoveel mogelijk informatie in te winnen over de reis en de plek van bestemming. Op zich is dat verstandig, ik zie ook geen probleem in het goed voorbereiden op iets wat je gaat ondernemen. Maar wellicht heb ik de neiging om dat voorbereiden te overdrijven. Soms betrapte ik mijzelf op het feit dat ik een reis al aan het beleven was met behulp van de beelden en plaatjes die ik tijdens het voorbereiden tegen kwam. Ook zie ik de neiging om eindeloos door te gaan zoeken naar iets wat ik zelf ook niet precies weet met als gevolg dat ik na een tijd meestal gedesillusioneerd stop met de zoektocht. In zo’n geval is het doel het zoeken geworden en niet meer het vinden van relevante informatie.

Mijn startpunt is meestal dat van het zoeken naar relevante informatie om goed voorbereid op pad te gaan. Wat ik niet wil zien is dat ik in dat proces een projectie probeer te maken naar de toekomst door alvast te gaan beleven wat er allemaal gaat gebeuren met het risico dat het in het echt toch anders gaat lopen. Als ik dat zoeken naar informatie ga doen op momenten dat ik mij eigenlijk had voorgenomen om iets anders te doen dan weet ik dat het een afleiding is en dat ik mij op dat moment moet afvragen of het wel de meest geschikte activiteit is.

Ik vergeef mijzelf dat ik heb geaccepteerd en toegestaan om toe te geven aan de drang om naar aanleiding van gebeurtenissen/weersituaties/plannen op zoek te gaan naar alle mogelijke informatie/nieuws en achtergronden en daarbij uit het oog te verliezen hoever ik daarin kan gaan, wanneer ik het doe en de hoeveelheid tijd die ik eraan besteed.

Ik vergeef mijzelf dat ik heb geaccepteerd en toegestaan om mij af te laten leiden/te laten verleiden tot het tijd besteden aan het zoeken naar nieuwsfeiten/informatie op momenten dat ik een weerstand ervaar voor de activiteit die ik eigenlijk op dat moment zou moeten uitvoeren.

Ik vergeef mijzelf dat ik heb geaccepteerd en toegestaan om mij te verliezen in het eindeloos verder zoeken naar informatie/nieuws als afleiding van wat ik op dat moment eigenlijk zou moeten doen.

Ik vergeef mijzelf dat ik heb geaccepteerd en toegestaan om het gevoel van geen zin hebben/verveling als startpunt te accepteren voor het niet oppakken/onderbreken van een activiteit waar ik een zekere weerstand voor voel in plaats van het mijzelf te verzetten en in het moment te bepalen welke prioriteit ik het beste kan stellen.

Ik vergeef mijzelf dat ik heb geaccepteerd en toegestaan dat het voorbereiden op een activiteit/reis de aanleiding is om in de geest de activiteit/reis voor te beleven waar ik mij dan heerlijk in kan verliezen en tot in detail dat wat moet gaan gebeuren uitstippel zonder in te zien dat het allemaal anders zou kunnen gaan lopen. De consequentie hiervan is dat als de activiteit/reis niet als gepland verloopt ik dit als een tegenslag/negatief kan ervaren of als alles wel verloopt als gepland ik daar positieve energie uit kan halen die in feite alleen is gebaseerd op mijn geprojecteerde fantasieën.

Ik ga met mijzelf de verbintenis aan om mijn momenten van weerstand te onderkennen en mijzelf te pushen om de taak voort te zetten.

Ik ga met mijzelf de verbintenis aan om in eerlijkheid mij te houden aan mijn voorgenomen taken en een evenwichtig rooster maak waarin er voldoende afwisseling is om zo mijn behoefte aan afleiding om te zetten in gezonde afwisseling.

14 van 2555 – Ik ben de redder in nood!

redders-in-noodEen tijdje terug was er op mijn werk een vacature geplaatst om iemand aan te trekken die met zijn werkzaamheden een deel van mijn tak zou gaan verlichten. Reacties bleven echter uit, tot vandaag. Dat kwam omdat sinds gisteren de vacature op Mosterboard is gezet. De eerste van de twee reacties stond mij wel aan, een overtuigende motivatie en een goed ogend CV. Verder voldeed de persoon aan het profiel van ‘young professional’.

Het duurde niet lang voordat ik mijzelf betrapte op het gevoel van blijdschap, en dat gevoel ben ik gaan onderzoeken. Wat maakte mij nou blij in deze situatie? Dat er een mogelijke kandidaat was die mijn taken komt verlichten? Nee, het zat dieper…

Ik koppelde terug aan mijn manager dat ik deze kandidaat wel wilde uitnodigen. Na zijn akkoord heb ik een uitnodiging per mail gestuurd en niet veel later belt de kandidaat om te bevestigen dat hij op de afgesproken tijd kan komen. Weer voelde ik blijdschap in mij opkomen, helemaal toen ik hoorde dat de persoon aan de telefoon toch wat nerveus was.

Toen wist ik wat mij zo blij maakte! Ik herkende mijzelf in deze persoon toen ik op zoek was naar een baan en erg blij was met het feit dat ik werd uitgenodigd. Ik wist dat daarmee de kans op een baan aanzienlijk zou toenemen. En hier voel ik mij dus als een redder voor een ander die in een vergelijkbare situatie zit, tenminste, dat neem ik aan.

Dat wordt lastig om in een gesprek een objectieve waarneming van deze persoon te doen als er ondergrondse emoties mee spelen!

Ik vergeef mijzelf dat ik heb geaccepteerd en toegestaan om blijdschap te voelen voor een voor mij herkenbare situatie bij een ander met als startpunt dat ik in mijn huidige situatie de mogelijkheid heb om iemand anders net zo blij te maken als ik zelf was.

Ik vergeef mijzelf dat ik heb geaccepteerd en toegestaan om met het gevoel van blijdschap als aanleiding al scenario’s uit te denken waarin ik de kandidaat ging interviewen en uiteindelijk een baan ging aanbieden.

Ik vergeef mijzelf dat ik heb geaccepteerd en toegestaan om een gevoel van weldoen te halen uit de gedachte dat ik iemand anders in een voor mij herkenbare situatie zou kunnen helpen om zijn situatie te verbeteren.

Ik vergeef mijzelf dat ik heb geaccepteerd en toegestaan om op basis van een veronderstelling te concluderen dat deze kandidaat in een vergelijkbare situatie verkeert als toen ikzelf op zoek was naar een nieuwe baan.

Ik vergeef mijzelf dat ik heb geaccepteerd en toegestaan om mijzelf te identificeren als een weldoener voor anderen waardoor ik mijzelf als meer voordoe dan een ander in plaats van de persoon als gelijke te behandelen.

Ik ga met mijzelf de verbintenis aan om mij niet beter te voelen dan anderen die verkeren in situaties die vergelijkbaar zijn met situaties waarin ikzelf heb verkeerd en waarbij ik energie put uit het gevoel van weldoener of redder in nood.

13 van 2555 – Mijn partner kan niet rijden

caution_woman_driver_bumper_sticker-p128400647658599073en8ys_400Elke keer als we lange ritten met de auto gaan maken wisselen mijn partner en ik elkaar om zo vermoeidheid tegen te gaan. Zo ook afgelopen week toen we naar Italië heen en weer zijn gereden.

Elke keer als ik naast mijn partner zit ga ik mij vroeg of laat ergeren aan de manier waarop zij in het verkeer deelneemt en de manier waarop zij verkeerssituaties inziet en inschat. Ik vraag mij af (lees: erger mij) aan:

– het feit dat haar snelheid niet constant is, is het omdat ze haar concentratie verliest? Is het omdat ze niet oplet? Is het omdat ze niet doorheeft dat we nog héééél véééél kilometers moeten rijden en dat het echt wel uitmaakt of je 10 km’h harder of zachter rijdt?

– het feit dat ze lijkt te aarzelen als ze achter een langzamer rijdende auto blijft plakken in plaats van op tijd inschatten of je al kan inhalen zonder snelheid te verliezen. En dan nog het feit dat ze als ze erg dicht achter een auto blijft hangen, alsof ze de auto wil opduwen, opjagen in plaats van inhalen.

– het feit dat ze in sommige situaties bijna stil gaat staan waarbij ik wordt verrast door die actie omdat ik niet inzie wat het gevaar of de moeilijkheid is.

– het feit dat ze zo onhandig uit een parkeerplaats draait dat ze bijna in de mensen van de naast geparkeerde auto moet rijden en 1 x extra moet steken om verder te kunnen in plaats van ‘normaal’ met een ruime boog om de naast geparkeerde auto weg te rijden.

– het feit dat ze blijft hangen in een versnelling en voor mijn gevoel regelmatig vergeet dat er vijf versnellingen zijn. Ik hoor dan de motor loeien, mag niets zeggen omdat ik vervelend ben, bijt mijn tong bijna af om niets te zeggen en zie in mijn verbeelding liters extra brandstof onnodig verstookt worden alleen maar omdat mijn partner niet schakelt. Waarom schakelt ze niet? Hoort ze de motor niet loeien? Waarom moet ze eerst een dot gas geven voordat ze überhaupt naar de volgende versnelling gaat? Waarom kan ze alleen naar de vijfde versnelling gaan boven de 80 km/h? Is dat niet af te leren? 

– het feit dat ze zegt dat met haar korte benen en de manier waarop ze achter het stuur moet zitten niet makkelijk is om gas en koppeling te doseren terwijl ik dan denk hoe het dan mogelijk is dat ze een bepaalde snelheid kan aanhouden. Of is dat ook de reden waarom ze misschien niet in staat is om een constante snelheid aan te houden?

Als ik mijzelf zo al die ergernissen zie hebben dan kan ik een hoop relativeren. De impact op de reisduur is maar heel beperkt, zo ook voor het extra brandstof gebruik… “Maar toch is het niet nodig!”, komt dan hardnekkig terug.

Ik vergeef mijzelf dat ik heb geaccepteerd en toegestaan om mijn eigen rijstijl op te leggen als meest verantwoord en efficiënt zonder in overweging te nemen dat de rijstijl van een ander eveneens verantwoord en efficiënt kan zijn maar dan op andere punten.

Ik vergeef mijzelf dat ik heb geaccepteerd en toegestaan om aannames te doen over de redenen waarom mijn partner op een bepaalde manier handelt in het verkeer of met het bedienen van de auto in plaats van naar mijzelf te kijken wat mijn startpunt is voor het maken van die aannames.

Ik vergeef mijzelf dat ik heb geaccepteerd en toegestaan om mij te ergeren aan het niet constant rijden van mijn partner terwijl de oorsprong van die ergernis een voortvloeisel is van mijn eigen gejaagdheid en drang naar zo snel mogelijk te rijden (binnen de toegestane grenzen natuurlijk).

Ik vergeef mijzelf dat ik heb geaccepteerd en toegestaan om mijn partner te beoordelen op haar manier van rijden gebaseerd op wat ik zelf acceptabele normen vind in plaats van mijn partner te vragen of zij met haar manier van rijden rekening wil houden met het niet onnodig gebruiken van brandstof.

Ik vergeef mijzelf dat ik heb geaccepteerd en toegestaan om te blijven hangen in een gevoel van ‘zie je wel, ze doet het weer!’ als mijn partner niet doorschakelt op de manier die ik zelf zou doen en mij te verliezen in het beeld dat op die manier er een enorme hoeveelheid brandstof onnodig wordt gebruikt.

Ik vergeef mijzelf dat ik heb geaccepteerd en toegestaan dat ik mijn partner niet heb uitgelegd dat ik het belangrijk vind om niet onnodig  brandstof te gebruiken en dat ik in mijn rijstijl daar veel aandacht aan besteed.

Ik vergeef mijzelf dat ik heb geaccepteerd en toegestaan dat ik mijn partner niet gevraagd heb wat haar standpunt is t.a.v. brandstofgebruik en of ze mijn standpunt kan delen en daar iets in de praktijk mee kan doen.

Ik vergeef mijzelf dat ik heb geaccepteerd en toegestaan dat ik mij druk maak om feiten die in het moment en in het geheel lang niet die impact hebben die ik het wil toeschrijven.

Ik vergeef mijzelf dat ik heb geaccepteerd en toegestaan om een ander mijn obsessie voor zuinigheid op te leggen in plaats van te kijken of mijn startpunt wel zuiver was.

10 van 2555 – Het ‘Ik-ben-speciaal-personage’

Dit weekeinde stond geheel ik het teken van klussen. Het was alweer een tijd geleden dat ik ècht had geklust. Ik praat niet over een paar kasten in elkaar zetten maar het structureel aanpassen of verbouwen van een huis. Het project is het aanbrengen van een vliering en het betimmeren van het voormalige keukentje naast de kamer van mijn zoon met als doel om zo een muffig hok met een oud keukenblok wat door de vorige eigenaren als een berghok werd gebruikt om te toveren tot een ruimte waar kasten kunnen staan en op de vliering ruimte voor opslag waar we in dit huis zo om verlegen zitten.

Terwijl ik druk bezig was met het aanbrengen van de vloerconstructie was ik tevreden over het feit dat het allemaal precies ging en roemde mijn altijd al geprezen timmermansoog. Ik liet mij verleiden om nog eens te benadrukken dat dankzij mijn inzichten en kundigheid het uitvoeren van zo’n klus best gemakkelijk ging. Met een zekere trots en een bepaalde glinstering in mijn ogen hoorde ik mijzelf verkondigen dat ik dan ook bijzonder goed ben in precisiewerk waarop mijn partner opmerkte dat ik daarmee in een Ik-ben-speciaal-personage stap en mijzelf identificeer met met dat bepaalde feit.

Ik zag mijzelf in een oud patroon terugkeren waarbij ik zelfvoldoening haal uit herinneringen van andere klus ervaringen waar mijn vakkundigheid door mijzelf en anderen werd geprezen. Naast het aannemen van het feit dat ik in die specifieke klus gewoon mijn best heb gedaan, was ik bezig mijn eigen ego te strelen door te bevestigen dat ik werkelijk een goede en precieze klusser ben. Met welk praktisch doel? Wat bereik ik door mijzelf op te hemelen in een context die slechts een zeer klein deel uitmaakt van de activiteiten die in in de loop  van mijn leven uitvoer. Het gaat hier alleen om het krijgen van een goed gevoel zonder mij te beseffen dat het jezelf goed voelen door het doen van uitspraken in de rol van een ‘Ik-ben-speciaal-personage’ slechts om een gevoel gaat en niets te maken heeft met wat op dat moment daadwerkelijk gebeurt en van belang is.

Ik vergeef mijzelf dat ik heb geaccepteerd en toegestaan dat ik met het aannemen van de ‘Ik-ben-speciaal-personage’ persoonlijkheid mijzelf beter zie dan anderen en mijzelf boven anderen plaats en niet zie dat het mijzelf verheerlijken slechts gebaseerd is op ego-strelerij en niet anders tot doel heeft dan het voeden van een systeem en/of polariteit van goed en slecht, kundig en niet kundig.

Ik vergeef mijzelf dat ik heb geaccepteerd en toegestaan om een opmerking over het geleverde werk door een ander persoon in combinatie met het zoeken naar bevestigingen van eigen opinies over mijn eigen kunnen/vaardigheden mij de rol laten aannemen van het ‘Ik-ben-speciaal-personage’.

Ik vergeef mijzelf dat ik heb geaccepteerd en toegestaan om met het gevoel van speciaal zijn mijzelf de illusie geef van mij beter voelen als polariteit van het mij minder voelen dan anderen.

Ik vergeef mijzelf dat ik heb geaccepteerd en toegestaan om herinneringen en ervaringen te gebruiken om mijn zogenaamde vakkundigheid te onderbouwen en om daaraan eerdere positieve gevoelens van zelfvoldaan zijn weer te gebruiken om mijzelf op te laden met positieve energie waarmee ik automatisch de polariteit aanga en ook negatieve energie opwek.

Ik vergeef mijzelf dat ik heb geaccepteerd en toegestaan om mijzelf te beperken door mijzelf te identificeren met slechts dat ene feit waar ik op dat moment goed in was en dat te kiezen als zijnde de betere ik terwijl ik begrijp dat ik meer dan alleen dat ene ben door in elk moment, adem na adem, de voor dat moment beste handelingen te verrichten die in mijn kunnen liggen.

Ik vergeef mijzelf dat ik heb geaccepteerd en toegestaan om mijzelf in vele situaties op te trekken aan het gevoel/energie die werd opgewekt op het moment dat anderen mijn handeling/prestatie beoordeelden als een buitengewone prestatie.

Ik ga met mijzelf de verbintenis aan om de “ik-ben-speciaal-personage” niet meer toe te staan omdat ik inzie dat het een actie van de mind is om energie op te wekken die slechts tot het voedden van mijn ego leidt en niet in het belang is van het geheel.

9 van 2555 – Het uitstel-personage

Laatst ben ik gaan letten op die momenten dat ik aan iets denk dat in de toekomst ligt, iets leuks, iets om naar te verlagen. Vaak is het een woord of een plaatje genoeg om dit proces te starten. Laatst zag ik een advertentie met ‘The Movies’ filmtheater. “Leuk”, dacht ik gelijk. Met mooie herinneringen uit het verleden ging ik gelijk fantaseren hoe leuk het zou zijn om ook hier in onze huidige stad die ervaring om naar een bepaald soort films te gaan te herhalen /herleven(?).

Wat is nou de aanleiding om te gaan fantaseren over een ander moment dan het moment waarin ik op dat moment ben? Het is de wens om ergens anders te willen zijn. Maar waarom wil ik ergens anders zijn. Is het moment waarop in aan iets anders denk te saai? Of ligt het wat dieper? Is het een moment waarop ik in zelf-eerlijkheid bepaalde zaken zou moeten oppakken maar deze uitstel en als afleiding ga bedenken wat ik zou kunnen gaan doen (uitstel-personnage)? Maar waarom kan ik niet nadenken over leuke dingen die ik zou kunnen ondernemen (rechtvaardigings-personnage)?

Als ik terugkijk is het bijna schokkend om vast te stellen hoeveel momenten er in een dag zitten waarop ik door even iets anders te doen eigenlijk een uitstel-moment inlas omdat ik op dat moment dat wat ik zou moeten oppakken even niet aankan. Om het nog ingewikkelder te maken zijn er ook echt praktische zaken en fysieke grenzen die in het geheel meewegen. Het is aan mijn zelfeerlijkheid om te bepalen of ik gehoor geef aan het uitstel-personage of dat ik daadwerkelijk een reden heb om een actie uit te stellen. Wat wel opvalt is dat het werken aan mijn proces makkelijker uitstelt dan andere zaken of nog beter gedefinieerd, ik geef voorrang aan die taken waar ik positieve gevoelens bij heb. Taken/werkzaamheden/klusjes waarvan ik niet goed weet hoe ik ze moet uitvoeren of waar ik geen prettig gevoel bij heb omdat er een bepaalde emotie bij hoort worden steeds vooruit geschoven.

Ik vergeef mijzelf dat ik heb geaccepteerd en toegestaan om emoties een rol te laten spelen in het prioriteiten stellen/verantwoordelijkheden nemen voor bepaalde taken/opdrachten in plaats van in het moment alle van belang zijnde factoren mee te wegen en de prioriteit te stellen die in het belang van een ieder is en waarbij ik mijn verantwoordelijkheid neem om alle betrokkenen op de juiste manier te informeren over prioriteiten en voortgang om zo in een situatie van open communicatie alle factoren mee te laten wegen.

Ik vergeef mijzelf dat ik heb geaccepteerd en toegestaan om situatie met een ‘negatieve’ emotie niet gelijk te behandelen als situaties met een positieve emotie en daarmee de polariteit versterk van positieve en negatieve emoties.

Ik vergeef mijzelf dat ik heb geaccepteerde en toegestaan om mijn emoties en gevoelens als trigger voor het uitstel-personage te laten fungeren waarmee ik mijn verantwoordelijkheden niet heb genomen in het moment en daarmee de polariteit tussen positief en negatief in stand houdt.

Ik vergeef mijzelf dat ik heb geaccepteerd en toegestaan om zaken systematisch niet op te pakken waarmee ik het alleen maar moeilijker maak om deze later alsnog op te pakken.

Ik vergeef mijzelf dat ik het geaccepteerd en toegestaan om in de mind te gaan zitten door te gaan fantaseren over zaken die leuk zouden zijn om te doen in de toekomst waarmee ik op dat moment niet in het hier en nu handel en als het ware stop met bewust fysiek aanwezig zijn in het hier en nu.

Ik vergeef mijzelf dat ik heb geaccepteerd en toegestaan om te oordelen over anderen die geen zin hebben in bepaalde zaken/taken terwijl ik zelf net zo hard bij elke taak/handeling mijn zelf-eerlijkheid opzij schuif om mijn uitstel-personnage de ruimte te geven om met een hele reeks onderbouwingen mij de keuze te laten maken die het beste voelt, of het minst erg of het ergst waarmee ik toch andere ‘leukere’ taken/zaken niet in zelfeerlijkheid en gelijkheid de juiste prioriteit geef.

Ik ga met mijzelf de verbintenis aan om het exacte moment waarop het uitstel-personnage in actie kom te leren herkennen en mijzelf op dat moment te stoppen. Ik haal adem en overweeg in het moment, rekening houdend met alle mij bekende factoren in dat moment, welke prioriteit ik ga geven en neem de volle verantwoordelijkheid voor de gevolgen van al mijn acties.

Ik ga met mijzelf de verbintenis aan om mijn activiteiten zo te balanceren dat er geen onnodige fysieke vermoeidheid ontstaat en dat ik maatregelen neem om eventuele gevolgen van langdurig naar een computer scherm te kijken te accepteren door af en toe een pauze te nemen en eventueel mijzelf voorzie van de nodige hulpmiddelen zoals een bril om vermoeidheid van de ogen tegen te gaan.

Ik ga met mijzelf de verbintenis aan om bij het zien/horen van berichten eerst te ademen, mijzelf te stoppen en in het moment, met volle aandacht en met het nemen van al mijn verantwoordelijkheden het bericht tot mij neem en daar actie op neem.

8 van 2555 – Het goed-zijn-personage

De meest recente situatie waarin ik mijn best heb gedaan om goed uit de bus te komen was tijdens een weekeinde met mijn ouders, de eerste keer sinds tijden dat we elkaar weer ontmoetten na een lange periode van ‘afkoeling’ als gevolg van een escalatie tussen beide partijen. Mijn motivatie was gebaseerd op het idee dat het al lang genoeg geleden was dat we elkaar hadden gezien en dat de gemoederen daadwerkelijk bedaard leken te zijn. Ik had echter ook een verborgen agenda, een hoop eigenlijk (is het hebben van hoop eigenlijk niet altijd een verborgen agenda hebben?). Zonder al teveel details in mijn verbeelding uit te werken, iets wat ik tot niet zo lange geleden wel deed, hoopte ik toch dat mijn ouders met een voorstel zouden komen om mij en mijn gezin financieel te steunen. Op het moment van de ontmoeting was de verhuisdatum van Italië naar Nederland al bekend en wisten we nog niet hoe we de kosten van de verhuizing gingen financieren, laat staan allerlei nog lopende kosten en rekeningen. Mijn salaris was nog niet opgewassen tegen maanden geleefd te hebben met nagenoeg geen inkomen.

Zonder daar in het begin al te bewust van te zijn zag ik op een gegeven moment duidelijk waar ik mee bezig was. Ik vond echter dat ik geen keus had. Dit was het beste voor mij en mijn gezin en wat kostte het mij nou? Ik nam mij voor om mij zo neutraal mogelijk op te stellen en zonder verwachtingen de gebeurtenissen met mijn ouders te leven. Het resultaat was dat het weekeinde erg relaxed en prettig verliep, al kon ik mij niet ontdoen van het gevoel dat ik daar toch zat met een doel, die verborgen agenda. Alsof het afgesproken was begon mijn vader op zondag middag over geld en bood aan om alvast een bepaald bedrag over te maken, een bedrag dat voldoende was om in een klap alle achterstand in te lopen en weer normaal van start te kunnen gaan. Ik kon weer gerust adem halen en voelde een gigantische opluchting. De ‘levensbedreigende’ situatie was weer afgewend.

Het leek achteraf gezien wel of het een vooraf bepaald mechanisme is geweest. Verloren zoon is terug en als beloning krijgt hij geld. Geld dat overigens al voor mij bestemd was i.v.m. donatie/voorschot op erfenis, maar dat vanwege de bestaande impasse toch op een een of andere manier onbereikbaar leek te zijn. Het valt ook op hoe makkelijk je weer went aan het hebben van voldoende geld om noodzakelijke én praktische zaken aan te schaffen. Slechts enkele maanden ervoor moesten we bij elke kleine uitgave afwegen of het wel écht nodig was.

Ik vergeef mijzelf dat ik heb geaccepteerd en toegestaan om een verborgen agenda te hebben ten tijde van de ontmoeting met mijn ouders in plaats van te kiezen voor een open communicatie en recht op de man vragen om financiële hulp.

Ik vergeef mijzelf dat ik heb geaccepteerd en toegestaan om het hebben van een verborgen agenda te rechtvaardigen door mijzelf te overtuigen dat ik in de gegeven situatie niet anders had kunnen doen.

Ik vergeef mijzelf dat ik heb geaccepteerd en toegestaan om de wetenschap van het hebben van een verborgen agenda weg te drukken en te overstemmen met het gevoel van “We zien wel hoe het allemaal gaat lopen”, waardoor ik mijn verantwoordelijkheden ten opzichte van mijn situatie en wat ik daarvoor kon ondernemen niet volledig nam.

Ik vergeef mijzelf dat ik heb geaccepteerd en toegestaan om het magische gevoel van hoop voorrang te geven bovenop het praktisch aanpakken van een situatie met als risico dat niet alle mogelijkheden worden benut.

Ik vergeef mijzelf dat ik heb geaccepteerd en toegestaan om mij als minderwaardig te voelen ten opzichte van mijn ouders omdat ik verkeerde keuzes in het leven heb gemaakt en mijzelf en mijn gezin hierdoor in financiële moeilijkheden heb gebracht.

Ik vergeef mijzelf dat ik heb geaccepteerd en toegestaan om verbaasd geweest te zijn toen van de kant van mijn ouders commentaren uitbleven over de gemaakte keuzes in mijn leven en de consequenties daarvan.

Ik vergeef mijzelf dat ik heb geaccepteerd en toegestaan om allerlei scenario’s te bedenken van gesprekken met mijn ouders waarin ik van alles wordt verweten en zij in mijn ogen terecht gaan aangeven hoe ik mijn leven zou moeten inrichten.

Ik vergeef mijzelf dat ik heb geaccepteerd en toegestaan om aan te nemen/te denken dat geld wat mij toe is gezegd werd vastgehouden door mijn ouders zolang zij niet het gevoel hadden dat ik naar hun standaarden zou gaan leven en het waardig zou zijn om van ‘hun’ geld gebruik te mogen maken.

Ik vergeef mijzelf dat ik heb geaccepteerd en toegestaan om mij te laten beïnvloeden door anderen als het gaat om het aannemen of niet van geld van mijn ouders omdat dit geld ‘besmet’ zou zijn met de eisen en condities die mijn ouders aan het ter beschikking stellen van het geld zouden koppelen.

Ik vergeef mijzelf dat ik heb geaccepteerd en toegestaan om het ‘goed-zijn-personnage’ toe te staan in de relatie tussen ouders en kind in plaats van te staan als EeEen en gelijke en een gelijkwaardige communicatie aan te gaan waarin alles wat relevant is bespreekbaar wordt en waaruit het beste voor beide partijen wordt vastgesteld.

Ik ga met mijzelf de verbintenis aan om bij situaties waar ik niet kan staan in volledige zelf-eerlijkheid ik eerst duidelijk maak waar ikzelf sta in die gegeven situatie en waarbij geen ruimte laat voor verborgen agenda’s en gevoelens zoals hoop waarmee ik niet mijn volledige verantwoordelijkheid voor de situatie neem omdat ik bewust bepaalde zaken niet ter sprake breng en daarmee de andere partij niet de mogelijkheid geef om alle mogelijke factoren in beschouwing te nemen.

7 van 2555 – Ik-ben-minder-personage

Al eerder heb ik geschreven over het mijzelf minder voelen dan anderen als het ging om het hebben van geld. Toen ik iets verder ging graven in die richting kwam ik tot de constatering dat ik dat met heel veel dingen al heel mijn leven doe! Met gevoelens als “Wie ben ik nou”, en “Als die ander voor wil dan gaat ie maar voor”. Wat een loser-instelling is mijn reactie nu. Ik kan mij zelfs situaties herinneren waar ik een oogje had op een meisje maar mij zelf te min vond om daadwerkelijk toenadering te zoeken. Ik verklaarde dat als verlegenheid en gaf de mind de ruimte om van alles te fantaseren. Soms leek het wel of ik angst had om een verhouding of relatie aan te gaan. Van mensen om mij heen kreeg ik dan ook te horen dat ik niet open stond voor relaties en ik dacht dat ik makkelijk te kwetsen was en ging het daarom allemaal maar niet aan. Terugkijkend zou je kunnen concluderen dat het hebben van een relatie mij niet echt boeide. Het hield mij echter met vlagen bezig, en dat met name in momenten dat ik het moeilijk had met aangaan van veranderingen of wanneer ik afleiding nodig had van zaken die ik liever even niet wilde aangaan.

Een ander punt waar ik duidelijk mijzelf minderwaardig opstelde was het verdienen van geld. Al sinds mijn schooltijd worstelde ik met de vraag wat ik voor werk zou gaan doen en op wat voor een manier ik geld zou moeten gaan verdienen. Alles gezien vanuit een perspectief van “Wie ben ik nou ten opzichte van anderen die wel de mogelijkheid hebben om een goede baan met een vet salaris te hebben”. Het niet kunnen vormen van een duidelijk beeld van een professie met daaraan gekoppeld salaris/weelde heeft mij mateloos gefrustreerd en achteraf gezien ook beperkt/belemmerd in het oppakken van mogelijkheden, puur omdat ik deze niet zag/wilde zien. De polariteit hierin was misschien dat ik op jongere leeftijd mij ogenschijnlijk gedroeg als rijkeluiszoon. Later speelde ik daar de polariteit van uit door meerdere periodes te hebben gekend waarin ik met zeer weinig moest rondkomen.

Nog steeds heb ik in sommige situaties de neiging mijzelf weg te cijferen om anderen voor te laten gaan met een instelling van “ik ben het niet waard”. Een sterk gevoel hierbij is het zich niet willen opdringen aan anderen, iets wat zich uit in het altijd bewust zijn van wat er om je heen gebeurt om zo niet in de weg te lopen. Soms kijk ik naar een van onze katten die zeer schichtig is en altijd alles en iedereen probeert te ontwijken met een grote boog en zie ik dat gedrag als een uitvergroting van mijn eigen gedrag. Ik heb zo best kansen laten liggen waar ik later spijt van had. Toch was dat gevoel van mij niet willen opdringen uit “respect” voor de ander vaak doorslaggevend.

Ik zie het nu als een big time mindfuck in. Een prachtige manier inclusief vergoelijkingen om mijzelf te dwarsbomen. En dat terwijl de praktijk het tegendeel bewees. Zowel in sociaal verband waar ik een graag geziene gast was als in werksituaties waar met altijd tevreden was met mijn inzet is er zelden of nooit een aanleiding geweest om te twijfelen aan mijn sociale vaardigheden en professionele capaciteiten. Met de ‘troost’ (lees=rechtvaardiging) dat ik een laatbloeier ben, heb ik bepaalde stappen pas later in mijn leven gezet.

Ik vergeef mijzelf dat ik heb geaccepteerd en toegestaan om ‘Ik-ben-minder-personage’ aan te nemen in situaties waarin in rechtvaardiging nodig had in plaats van het aangaan van de betreffende situatie.

Ik vergeef mijzelf dat ik heb geaccepteerd en toegestaan om mijzelf als loser te bestempelen waarmee ik een oordeel uit over mijzelf en mijzelf daardoor bevestig in het minder zijn door nu de polariteit uit te spelen dat ik over de tijd heen meer geworden zou zijn.

Ik vergeef mijzelf dat ik heb geaccepteerd en toegestaan om mij minder te voelen dan anderen in situaties van competitie waarbij ik bij voorbaat de strijd niet aanging en mijzelf wijsmaakte dat ik het niet waard was om (mee te delen) met het beoogde doel.

Ik vergeef mijzelf dat ik heb geaccepteerd en toegestaan om in tijden dat ik voor veranderingen en beslissingen stond afleiding te zoeken door mijzelf terug te trekken in de mind en te fantaseren over mogelijke relaties met een meisje dat ik op dat moment leuk vond. Ik vergeef mijzelf daarbij dat ik tot het oneindige naar redenen zocht om deze fantasieën niet naar het hier en nu te brengen en de paar keer dat ik dat heb aangedurfd om mijn (bedachte) gevoelens te uiten werden deze in uiterste verbazing ontvangen omdat ze in het geheel niet aansloten op mijn gedrag in het echte leven.

Ik vergeef mijzelf dat ik heb geaccepteerd en toegestaan om mijzelf te beperken in mijn ontwikkeling door de opinie vast te houden dat ik niet begreep hoe ik net als vele anderen een baan zou vinden en daarmee een inkomen zou genereren omdat ik geen goed beeld kon krijgen/het mechanisme niet inzag van werken en geld verdienen.

Ik vergeef mijzelf dat ik heb geaccepteerd en toegestaan om ondergronds altijd het gevoel van minderwaardigheid te koesteren en vast te houden in plaats van de kansen en mogelijkheden die ik tegenkwam op te pakken en te lopen. Hiermee vergeef ik mijzelf ook dat ik heb geaccepteerd en toegestaan om de download van mijn ouders voort te zetten.

Ik vergeef mijzelf dat ik heb geaccepteerd en toegestaan om het ‘rijkeluiszoon-personage’ aan te nemen waarmee ik meespeelde in een polariteit die door mijn vader/ouders in stand werd gehouden als tegenpool op het van bescheiden afkomst zijn en zich daar tegen verzetten.

Ik vergeef mijzelf dat ik heb geaccepteerd en toegestaan om mij te verzetten tegen de door mijn vader uitgestippeld levenspad  van succesvol zijn in werk en leven waardoor ik de polariteit heb uitgespeeld en het exact tegenovergestelde heb bewerkstelligd en mij in situaties heb gemanoeuvreerd van relatieve armoede en weinig carrière ontwikkeling.

Ik vergeef mijzelf dat ik heb geaccepteerd en toegestaan om het respect voor een ander persoon als mindere dan die persoon te voelen waardoor een relatie/interactie met die persoon per definitie al op ongelijkheid was gebaseerd die overigens alleen in mijn eigen beleving bestond en zich uiteindelijk ook kon gaan manifesteren.

Ik ga met mijzelf de verbintenis aan om mijzelf niet te laten beperken in mijn dagelijkse handelen door erfelijke ‘beperkingen’ of downloads door op elk moment in het moment te zijn en te handelen in het belang van alles en iedereen.

Ik ga met mijzelf de verbintenis aan om mij niet te verzetten tegen een door mijn ouders/erfelijk bepaalde factoren levenspad door in het hier en nu te handelen, adem na adem, waarbij ik in elk moment mijn verantwoordelijkheden neem voor al mijn gedachten/woorden/handelingen in het belang van alles en iedereen.