8 van 2555 – Het goed-zijn-personage

De meest recente situatie waarin ik mijn best heb gedaan om goed uit de bus te komen was tijdens een weekeinde met mijn ouders, de eerste keer sinds tijden dat we elkaar weer ontmoetten na een lange periode van ‘afkoeling’ als gevolg van een escalatie tussen beide partijen. Mijn motivatie was gebaseerd op het idee dat het al lang genoeg geleden was dat we elkaar hadden gezien en dat de gemoederen daadwerkelijk bedaard leken te zijn. Ik had echter ook een verborgen agenda, een hoop eigenlijk (is het hebben van hoop eigenlijk niet altijd een verborgen agenda hebben?). Zonder al teveel details in mijn verbeelding uit te werken, iets wat ik tot niet zo lange geleden wel deed, hoopte ik toch dat mijn ouders met een voorstel zouden komen om mij en mijn gezin financieel te steunen. Op het moment van de ontmoeting was de verhuisdatum van Italië naar Nederland al bekend en wisten we nog niet hoe we de kosten van de verhuizing gingen financieren, laat staan allerlei nog lopende kosten en rekeningen. Mijn salaris was nog niet opgewassen tegen maanden geleefd te hebben met nagenoeg geen inkomen.

Zonder daar in het begin al te bewust van te zijn zag ik op een gegeven moment duidelijk waar ik mee bezig was. Ik vond echter dat ik geen keus had. Dit was het beste voor mij en mijn gezin en wat kostte het mij nou? Ik nam mij voor om mij zo neutraal mogelijk op te stellen en zonder verwachtingen de gebeurtenissen met mijn ouders te leven. Het resultaat was dat het weekeinde erg relaxed en prettig verliep, al kon ik mij niet ontdoen van het gevoel dat ik daar toch zat met een doel, die verborgen agenda. Alsof het afgesproken was begon mijn vader op zondag middag over geld en bood aan om alvast een bepaald bedrag over te maken, een bedrag dat voldoende was om in een klap alle achterstand in te lopen en weer normaal van start te kunnen gaan. Ik kon weer gerust adem halen en voelde een gigantische opluchting. De ‘levensbedreigende’ situatie was weer afgewend.

Het leek achteraf gezien wel of het een vooraf bepaald mechanisme is geweest. Verloren zoon is terug en als beloning krijgt hij geld. Geld dat overigens al voor mij bestemd was i.v.m. donatie/voorschot op erfenis, maar dat vanwege de bestaande impasse toch op een een of andere manier onbereikbaar leek te zijn. Het valt ook op hoe makkelijk je weer went aan het hebben van voldoende geld om noodzakelijke én praktische zaken aan te schaffen. Slechts enkele maanden ervoor moesten we bij elke kleine uitgave afwegen of het wel écht nodig was.

Ik vergeef mijzelf dat ik heb geaccepteerd en toegestaan om een verborgen agenda te hebben ten tijde van de ontmoeting met mijn ouders in plaats van te kiezen voor een open communicatie en recht op de man vragen om financiële hulp.

Ik vergeef mijzelf dat ik heb geaccepteerd en toegestaan om het hebben van een verborgen agenda te rechtvaardigen door mijzelf te overtuigen dat ik in de gegeven situatie niet anders had kunnen doen.

Ik vergeef mijzelf dat ik heb geaccepteerd en toegestaan om de wetenschap van het hebben van een verborgen agenda weg te drukken en te overstemmen met het gevoel van “We zien wel hoe het allemaal gaat lopen”, waardoor ik mijn verantwoordelijkheden ten opzichte van mijn situatie en wat ik daarvoor kon ondernemen niet volledig nam.

Ik vergeef mijzelf dat ik heb geaccepteerd en toegestaan om het magische gevoel van hoop voorrang te geven bovenop het praktisch aanpakken van een situatie met als risico dat niet alle mogelijkheden worden benut.

Ik vergeef mijzelf dat ik heb geaccepteerd en toegestaan om mij als minderwaardig te voelen ten opzichte van mijn ouders omdat ik verkeerde keuzes in het leven heb gemaakt en mijzelf en mijn gezin hierdoor in financiële moeilijkheden heb gebracht.

Ik vergeef mijzelf dat ik heb geaccepteerd en toegestaan om verbaasd geweest te zijn toen van de kant van mijn ouders commentaren uitbleven over de gemaakte keuzes in mijn leven en de consequenties daarvan.

Ik vergeef mijzelf dat ik heb geaccepteerd en toegestaan om allerlei scenario’s te bedenken van gesprekken met mijn ouders waarin ik van alles wordt verweten en zij in mijn ogen terecht gaan aangeven hoe ik mijn leven zou moeten inrichten.

Ik vergeef mijzelf dat ik heb geaccepteerd en toegestaan om aan te nemen/te denken dat geld wat mij toe is gezegd werd vastgehouden door mijn ouders zolang zij niet het gevoel hadden dat ik naar hun standaarden zou gaan leven en het waardig zou zijn om van ‘hun’ geld gebruik te mogen maken.

Ik vergeef mijzelf dat ik heb geaccepteerd en toegestaan om mij te laten beïnvloeden door anderen als het gaat om het aannemen of niet van geld van mijn ouders omdat dit geld ‘besmet’ zou zijn met de eisen en condities die mijn ouders aan het ter beschikking stellen van het geld zouden koppelen.

Ik vergeef mijzelf dat ik heb geaccepteerd en toegestaan om het ‘goed-zijn-personnage’ toe te staan in de relatie tussen ouders en kind in plaats van te staan als EeEen en gelijke en een gelijkwaardige communicatie aan te gaan waarin alles wat relevant is bespreekbaar wordt en waaruit het beste voor beide partijen wordt vastgesteld.

Ik ga met mijzelf de verbintenis aan om bij situaties waar ik niet kan staan in volledige zelf-eerlijkheid ik eerst duidelijk maak waar ikzelf sta in die gegeven situatie en waarbij geen ruimte laat voor verborgen agenda’s en gevoelens zoals hoop waarmee ik niet mijn volledige verantwoordelijkheid voor de situatie neem omdat ik bewust bepaalde zaken niet ter sprake breng en daarmee de andere partij niet de mogelijkheid geef om alle mogelijke factoren in beschouwing te nemen.